Geheugensteuntje voor ouders (in spé)

Homo- en lesbisch ouderschap is niet alleen leuk, maar als je de zaken goed wilt regelen, komt er veel bij kijken. Om je een beetje op weg te helpen is hier een geheugensteuntje. De ruimte is te beknopt om alle uitzonderingen en nuances weer te geven. Raadpleeg voor je eigen situatie daarom altijd een gespecialiseerde notaris en/of advocaat voor een persoonlijk advies.

Juridische begrippen

Moeder:

  • De vrouw die een kind heeft gebaard (ongeacht uit wiens eicel het kind is verwekt) of
  • De vrouw die een kind heeft geadopteerd.

Vader:

  • De man die tijdens de geboorte van een kind met de moeder was gehuwd; of- de man die een kind heeft geadopteerd;- de man die een kind heeft erkend (naar de huidige wetgeving kunnen vrouwen niet erkennen).
  • De man van wie het vaderschap gerechtelijk is vastgesteld (naar de huidige wetgeving kan dit niet bij vrouwen) De erkenning van een kind door gehuwde mannen is gecompliceerd: raadpleeg tijdig (vóór de verwekking) een jurist.

Ouder:

  • De vader en moeder, of de twee moeders danwel de twee vaders van een kind. Een kind kan nooit meer dan twee ouders hebben.

Donor:

  • De man die sperma beschikbaar stelt voor kunstmatig inseminatie (ongeacht of je dit thuis doet of in een kliniek).

Verwekker:

  • De man die door geslachtsgemeenschap bij een vrouw een kind verwekt.

Gezag:

  • De plicht en het recht om een kind te verzorgen en op te voeden dat jonger is dan 18 jaar. Het is een praktische en een financiële verantwoordelijkheid. Gezag kan maar door twee personen worden uitgeoefend, dat kunnen de twee ouders zijn, maar ook een ouder en een tweede persoon. Zodra er geen ouders meer bij betrokken zijn, spreken we over voogdij.

Voogdij:

  • De plicht en het recht om een kind te verzorgen en op te voeden dat jonger is dan 18 jaar, terwijl degene die dat recht uitoefent zelf geen ouder is en dat ook niet samen met een ouder doet (denk aan het opvoeden/verzorgen van een weeskind).

Pleegouder:

  • Degene die tijdelijk een kind van iemand anders opvangt.

Erkenning:

  • Bij de burgerlijke stand wordt vastgelegd dat een man de vader is van een kind (of ongeboren vrucht). De moeder moet toestemming verlenen voor de erkenning. De erkenning van een kind door gehuwde mannen is gecompliceerd: raadpleeg tijdig (vóór de verwekking) een jurist.

Adoptie:

  • Een procedure via de Rechtbank waarbij de rechter beslist dat iemand de ouder (of tweede ouder) van een kind wordt. De procedures voor de stiefouderadoptie (de vader of moeder laat dan zijn/haar partner het kind adopteren als tweede ouder) en die van de ‘gewone’ adoptie, zoals we die kennen van kinderen die bijvoorbeeld uit het buitenland worden geadopteerd, zijn heel verschillend. De stiefouderadoptie kun je al tijdens de zwangerschap starten en rond je na de geboorte af. De adoptie laat je verzorgen door een advocaat.

 Donorcontract:

  • Een overeenkomst tussen de donor en de moeder (plus eventuele partners) waarin de onderlinge afspraken en visies op de gang van zaken rondom de verwekking van het kind en de opvoeding/verzorging worden vastgelegd. Het contract is op vrijwel alle punten niet juridisch afdwingbaar en heeft geen basis in de wet. Het is echter wel zinnig om een dergelijke regeling te maken omdat het op papier zetten van zaken je dwingt om nog eens goed en duidelijk naar elkaar uit te spreken wat de bedoeling is. De weg naar het contract is dus minstens zo belangrijk als het papiertje zelf. Je kunt je in deze procedure laten begeleiden door een notaris of advocaat. Uiteraard kun je ook meer psychologische begeleiding zoeken, maar let dan wel goed op dat je ook een jurist inschakelt voor diens specifieke kennis.Bij eventuele latere problemen/meningsverschillen geeft het contract goed weer wat je uitgangssituatie was.

Ouderschapsplan:

  • Ouders zijn verplicht om bij het verbreken van hun relatie een ouderschapsplan op testellen. Het ouderschapsplan is verplicht bij een verzoek tot echtscheiding, beëindiging van een geregistreerd partnerschap, scheiding van tafel en bed of het verbreken van de relatie door samenwoners. In het ouderschapsplan maak je in ieder geval afspraken over: de zorgverdeling, kinderalimentatie en informatie-uitwisseling. Een ouderschapsplan maak je voor:
    – de gezamenlijke kinderen van de ouders. Dit wil zeggen dat degenen die uit elkaar gaan allebei de juridische ouder zijn van het kind. Het maakt hierbij niet uit of zij gezamenlijk het gezag uitoefenen of slechts één van de twee ouders dit doet.
    – de kinderen over wie zij gezamenlijk het gezag uitoefenen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij samengestelde gezinnen waarbij de ouder en zijn of haar nieuwe partnergezamenlijk het gezag hebben verkregen over het kind uit een eerdere relatie. Dit kan ook voorkomen in een lesbische relatie waarbinnen een kind wordt geboren en de niet-ouder (‘‘mee-moeder’’ of ‘‘duo-moeder’’) weliswaar het gezag heeft over het kind maar niet tevens de juridische ouder is. Voor kinderen die wel deel uitmaken van het gezin maar waarvoor het bovenstaande niet geldt, is het dus wettelijk niet verplicht een ouderschapsplan op te stellen. Uiteraard mag dit wel.
    Je regelt het ouderschapsplan met je advocaat of notaris.

Huwelijk:

  • Een in de wet uitvoerig geregeld samenlevingsverband van twee meerderjarigen, dat tot stand komt bij de burgerlijke stand. Het huwelijk leidt tot het ontstaan van eengemeenschap van goederen (daar kun je vanaf wijken bij huwelijkse voorwaarden die je vóór het huwelijk bij de notaris maakt), de verplichting tot levensonderhoud en alimentatie, erfrechtelijke aanspraken en uitsluitend door heterostellen: familierechtelijke banden met de kinderen alsmede gezagsverhoudingen met de kinderen (afhankelijk van je persoonlijke situatie kan dit allerlaatste ook gelden door lesbische stellen, niet voor homostellen).

Geregistreerd partnerschap:

  • Deze rechtsvorm lijkt sprekend op het huwelijk (zie hier boven) maar er ontstaan naar de huidige wetgeving geen familierechtelijke banden met de kinderen, bovendien kan de scheidingsprocedure iets eenvoudiger zijn.

Samenlevingscontract:

  • Een bij de notaris tot stand gekomen overeenkomst tussen twee meerderjarige partners waarin zij afspraken maken over onder andere hun vermogen, inkomen, woonruimte, verantwoordelijkheid voor medische zorg en eventuele kinderen, pensioenen en overlijden of het verbreken van de relatie. Wie kinderen heeft moet dit in ieder geval nog aanvullen met een testament. Het samenlevingscontract regelt beduidend minder dan een huwelijk of geregistreerd partnerschap.

Testament:

  • Een notariële akte waarin je vastlegt wat je wilt dat er na je overlijden gebeurt met je bezittingen, wie je uitvaart regelt en vooral: wie er voor je kinderen zorgt en wie hun vermogen beheert. In een testament regel je de voogdij over de kinderen.
Geheugensteuntje voor ouders (in spé)
Schuiven naar boven