Het Europees Parlement heeft zich vorige week uitgesproken tegen het draagmoederschap. Dit schaadt de “waardigheid van de vrouw”, aldus een resolutie van het Roemeense parlementslid Preda.
De veroordeling heeft geen wetgevende status, maar is een signaal aan de EU-lidstaten van de opvatting binnen het EP. De resolutie noemt de praktijk van het draagmoederschap een “reproductieve uitbuiting” en het gebruik van het moederlichaam voor “financiële of andersoortige winst”. Hier zouden vooral kwetsbare vrouwen in ontwikkelingsland door worden getroffen.
Het Europees Parlement riep vorige week op deze praktijk “met spoed” te verbieden. De veroordeling werd gesteund door 421 van de 623 stemmen.
De veroordeling in het Europees Parlement is opmerkelijk, omdat er in veel lidstaten juist een tendens bestaat richting de liberalisering van het draagmoederschap. De feministische lobby in de Europese Unie is er echter juist tegen, omdat het draagmoederschap de emotionele band tussen moeder en kind miskent.
Stichting Meer dan Gewenst vindt deze ontwikkeling binnen het EP zorgelijk en pleit juist voor liberalisering met veel betere en duidelijkere regelgeving. Net als in veel staten in de USA, waarin vrouwen zelf de keuze hebben om te bepalen of zij andere stellen willen helpen bij het krijgen van een kind. Omdat er daar ook gebruik wordt gemaakt van eiceldonoren, is de draagster nooit de biologische moeder. Daarnaast vindt er goede screening en begeleiding plaats. Door goede regulering in deze staten stellen jaarlijks duizenden vrouwen zich bewust als draagster beschikbaar.
Toch hebben het afgelopen jaar ook landen als India en recent ook Mexico besloten dat buitenlandse stellen geen gebruik meer mogen maken van ‘hun’ draagmoeders. In Nederland wordt er komend jaar advies verwacht voor nieuwe wetgeving met betrekking tot draagmoederschap.